Definify.com

Definition 2024


genadeloos

genadeloos

Dutch

Alternative forms

  • genadenloos (obsolete)

Adjective

genadeloos (comparative genadelozer, superlative meest genadeloos or genadeloost)

  1. (of persons) merciless, ruthless; heartless
    De strenge leraar is genadeloos: een punt per fout
    The strict teacher is merciless: a point per error
  2. (things too) merciless, unforgiving, harsh
    De genadeloze geseling snijdt diep in zijn vlees
    The merciless flogging cuts deep in his flesh

Inflection

Inflection of genadeloos
uninflected genadeloos
inflected genadeloze
comparative genadelozer
positive comparative superlative
predicative/adverbial genadeloos genadelozer het genadeloost
het genadelooste
indefinite m./f. sing. genadeloze genadelozere genadelooste
n. sing. genadeloos genadelozer genadelooste
plural genadeloze genadelozere genadelooste
definite genadeloze genadelozere genadelooste
partitive genadeloos genadelozers

Synonyms

Antonyms

Related terms

  • begenadigen (verb)