Definify.com

Definition 2024


bezwaren

bezwaren

Dutch

Verb

bezwaren

  1. (transitive) to burden
Inflection
Inflection of bezwaren (weak, prefixed)
infinitive bezwaren
past singular bezwaarde
past participle bezwaard
infinitive bezwaren
gerund bezwaren n
verbal noun
present tense past tense
1st person singular bezwaar bezwaarde
2nd person sing. (jij) bezwaart bezwaarde
2nd person sing. (u) bezwaart bezwaarde
2nd person sing. (gij) bezwaart bezwaarde
3rd person singular bezwaart bezwaarde
plural bezwaren bezwaarden
subjunctive sing.1 bezware bezwaarde
subjunctive plur.1 bezwaren bezwaarden
imperative sing. bezwaar
imperative plur.1 bezwaart
participles bezwarend bezwaard
1) Archaic.
Related terms

Etymology 2

Non-lemma forms.

Noun

bezwaren

  1. Plural form of bezwaar