Definify.com

Definition 2025


vindicerend

vindicerend

Dutch

Participle

vindicerend

  1. present participle of vindiceren

Declension

Inflection of vindicerend
uninflected vindicerend
inflected vindicerende
comparative
positive
predicative/adverbial vindicerend
vindicerende
indefinite m./f. sing. vindicerende
n. sing. vindicerend
plural vindicerende
definite vindicerende
partitive vindicerends