Definify.com

Definition 2024


nasmaak

nasmaak

Dutch

Noun

nasmaak m (plural nasmaken, diminutive nasmaakje n)

  1. aftertaste
    • 1781 October 31, S., "Brief aan de Heeren Schryveren der Algemeene Vaderlandsche Letter-oeffeningen, wegens een daar nevensgaand Berigt over het gebruik der Eikels.", in Algemeene Vaderlandsche Letter-oefeningen, III, 2, 604.
      Van myne eigen Proefneming kan ik dit in 't attest voegen, dat ik de eerstemaal moeite had een groenen Eikel te kauwen; doch, dat ik, by iedere herhaling, 'er zo verre in gevorderd ben, dat ik tegenwoordig den nasmaak reeds aangenaam vinde.